Toekomst Pensioen BMI: vul de enquête in!

Na een lange aanloopperiode zijn de eerste concrete stappen naar een nieuw pensioenstelsel gezet en is met instemming van de Tweede en Eerste Kamer de nieuwe Pensioenwet op 1 juli 2023 in werking getreden. Het CNV vindt pensioen een belangrijke arbeidsvoorwaarde. Dat willen wij collectief regelen en met solidariteit erin. Wij willen een goed pensioen voor alle werkenden en gepensioneerden én voor nabestaanden en wezen.

De Wet Toekomst Pensioen 

De bonden hebben in Den Haag onderhandeld over een nieuw pensioenstelsel. De gemaakte afspraken tussen sociale partners en de regering over pensioen zijn vastgelegd in de nieuwe Wet Toekomst Pensioen die per 1 juli 2023 is ingegaan. Bedoeling is dat het pensioen eerder omhooggaat en beter past bij huidige wisselingen op de arbeidsmarkt. Op sectorniveau of ondernemingsniveau moeten door CNV en andere sociale partners nog veel afspraken en keuzes gemaakt worden over de invulling van het nieuwe pensioen, zo ook bij BMI. Zoals het er nu uitziet zal dit vanaf 1 januari 2027 moeten gaan gelden. Er volgt nu een toelichting op de begrippen om zo goed mogelijk geïnformeerd te zijn om de enquête in te kunnen vullen. Als bonden willen we graag vooraf een aantal mogelijkheden en keuzes aan jullie voorleggen. De belangrijkste verandering is dat straks de premie (inleg) de pensioentoezegging is en niet de mogelijke uitkering.

Begrippen

Voor het aanpassen van de regeling zijn een aantal begrippen van belang. Er zijn twee nieuwe zogenaamde premieregelingen mogelijk.

1. De solidaire premieregeling 
Bij de solidaire premieregeling belegt het fonds de voor jouw ingelegde premie (en de al bij dat fonds door jouw opgebouwde pensioenen) in een collectieve pot. Een deel van het rendement gaat naar een gemeenschappelijk vermogen (solidariteitsreserve), waarmee risico’s (zoals de kan op een daling van de pensioenuitkering) gedeeld worden. In deze regeling vangen de deelnemers mee- en tegenvallers samen op. Je uiteindelijke pensioen is een variabele uitkering. De hoogte van het pensioen beweegt (jaarlijks) mee met de economie. Een variabele uitkering gaat elk jaar omhoog, of omlaag. Dit komt doordat het pensioenkapitaal ook na pensioendatum wordt belegd.

Solidariteitsreserve 
Een belangrijk onderdeel van de solidaire premieregeling is de verplichte solidariteitsreserve. Jouw pensioenuitkering wordt zo stabiel mogelijk gehouden door de  solidariteitsreserve. De solidariteitsreserve wordt ingezet om de kans op verlagingen van de uitkeringen voor pensioenontvangers zoveel mogelijk te verkleinen.


2. De flexibele premieregeling
Bij de flexibele premieregeling belegt het fonds de voor jouw ingelegde premie, op basis van het door jouw gekozen beleggingsprofiel. Jij bepaalt hoeveel risico je wilt lopen. In deze regeling is er geen gezamenlijke reserve om tegenvallende resultaten op te vangen. De FNV en het CNV zijn voorstander van de solidaire premieregeling. Onder meer omdat daarin de solidariteit en risicodeling het beste is geborgd. De kans op een verlaging van het pensioen kan goed worden opgevangen door een solidariteitsreserve. Financiële stabiliteit leidt tot een hoger rendement en deze regeling biedt de mogelijkheid om 5-jaarlijks de pensioenambitie en premie te toetsen aan de cao-onderhandelingstafel.

Invaren 

Met invaren wordt bedoeld dat het geld voor de al opgebouwde pensioenaanspraken en de huidige pensioenen (die nu dus worden uitgekeerd) ook (naast de toekomstige inleg) onder het nieuwe stelsel worden gebracht en wordt omgezet in een persoonlijk pensioenvermogen (dat nog steeds collectief wordt belegd).

Dat invaren is wenselijk en nodig, omdat anders de huidige pensioenen onder het nu geldende wettelijke regime blijven vallen. Dat zou voor veel deelnemers niet of nauwelijks uitzicht op indexatie (toeslag) betekenen en voor grote groepen deelnemers verlaging van hun pensioen of pensioenaanspraken. Immers, er is nu wel een aantal malen geïndexeerd, maar dat kon omdat de regels, vooruitlopend op het nieuwe stelsel, tijdelijk werden versoepeld. Ook was er enige jaren achter elkaar een uitzonderingsmaatregel op de wettelijke voorschriften voor verlagingen van toepassing. Dat kon omdat ervan uit wordt gegaan dat er wordt overgestapt op het nieuwe stelsel. Vindt die overstap (dat invaren) niet plaats, dan gaan gewoon weer de nu geldende regels voor verhogen en verlagen gelden.

Het uitgangspunt van de nieuwe pensioenwet is, dat het pensioen dat jij al bij het pensioenfonds hebt opgebouwd, wordt omgezet in pensioenkapitaal in de nieuwe regeling (invaren). Zo blijven jouw oude en nieuwe pensioen bij elkaar.

Uiterlijk 1 januari 2028 moeten alle pensioenregelingen aangepast zijn aan die nieuwe wetgeving. In de tussentijd, in ieder geval voor 2025, moeten er veel belangrijke keuzes worden gemaakt door werkgevers, werknemers en pensioenuitvoerders en zo ook bij BMI. Zoals het er nu uitziet moet dit vanaf 1 januari 2027 gaan gelden voor BMI.

De enquête 

De voorbereidingen om de overgang van het opgebouwde pensioen bij PGB naar het nieuwe pensioenstelsel te realiseren zijn gezet. Juist omdat dit zo’n belangrijke arbeidsvoorwaarde is, willen we jullie een aantal mogelijkheden en keuzes voorleggen doormiddel van een aantal enquêtevragen.

Je hebt tot en met 13 september 2024 de gelegenheid om de enquête in te vullen. 

Meer informatie over het nieuwe pensioenstelsel en de keuzes die gemaakt moeten worden staan op de site van CNV

Martin van Eerde
Bestuurder CNV
M: 06 8191 9564
m.vaneerde@cnv.nl